De tram door onze gemeente (1898 – 1953)
Er was een tijd dat de voornaamste verbindingsmogelijkheid met de buitenwereld de buurtspoorweg was. Het traject Tielt-Tienen van de tramlijn Aarschot-Tienen werd in werking gesteld op 15 september 1898. Deze tramlijn doorkruiste onze gemeente van Kapellen over Glabbeek en Bunsbeek naar Tienen. Elke gemeente had een tramstatie en een wachtzaal, meestal een café. Het gebouw zou een wachtruimte, een opslagruimte en een woonruimte bevatten.
Meestal volgde de tramlijn de bestaande wegen, maar op een paar plaatsen werd van het traject afgeweken, zo onder meer in de Tramstraat in Kapellen en op de Berg in Bunsbeek. De eerste tram was uiteraard de stoomtram op steenkool, ook de zwarte tram genoemd, omwille van de rook. Door de stadsmensen werd hij ook wel de “boerentram” genoemd. Wat het reizigersvervoer betreft bleef de ‘zwarte tram’ in gebruik tot 14 augustus 1933. Hij werd toen vrij snel vervangen door de mazoutram of dieseltram.” De dieseltram bleef rijden tot 16 mei 1953 voor reizigersvervoer en tot 15 oktober 1953 voor goederenvervoer. De tramlijn werd opgebroken, de steenweg verbreed en een autobusdienst verving voortaan de buurtspoorweg.
De smokkelroute langs de zwarte tramsporen
De verzetsstrijders van de Nationale Koninklijke Beweging (NKB) in onze streek hadden hun tijdens WO II hun vaste smokkelroutes om ’s nachts o.a. wapens, springstof, rantsoenbonnen en documenten te smokkelen. Een van deze smokkelroutes was de “zwarte route”, die langs de spoorlijn van de zwarte tram via Glabbeek liep. Deze smokkelroute vertrok in Hoeleden bij Maurice Vanoeveren en werd ’s nachts per fiets afgelegd via Zuurbemde tot aan de woning van notaris Mertens op de steenweg in Glabbeek. Daar werden de fietsen achtergelaten en dan ging het te voet verder langs de tramsporen van de zwarte tram via Kapellen naar Meensel, waar de eindhalte beenhouwerij Janssens was. In deze beenhouwerij was ook de wapenopslag voor het verzet in onze regio ondergebracht. In deze wapenopslag had de NKB enkele pistolen van het type FN 1910-22, een paar Engelse Webley revolvers en een Stengun 9 mm mitrailleur.